Poezie en consuminderen

Op de zaterdag in Januari dat Extinction Rebellion de A12 bij Den Haag bezetten, rijd ik op mijn fiets door de polder naar Alphen. Ik ben op weg naar de bibliotheek om wat boeken te ruilen en ik mag van mezelf naar de boekenwinkel om ter gelegenheid van de Poezieweek een nieuw poezie bundel te kopen. Ik verheug me hier erg op, als ik een boekenwinkel in ga, voel ik me als een kind in een snoepwinkel. Stapels boeken die allemaal gelezen willen worden, voor een veel lezer zoals ik is de verleiding groot en het is uitzonderlijk als ik een boekenwinkel verlaat zonder een boek te kopen.

Poezie kan je zien als een vorm van consuminderen. Waar een roman meestal 200, 300 of meer pagina’s telt, komt een poezie bundel vaak niet verder dan 60 pagina’s. Een poezie bundel haal ik ook vaker uit de kast dan een roman. Een roman lees je een keer en zet je daarna meestal voor altijd op de plank. Een poezie bundel haal ik vaker uit de kast op zoek naar dat ene fragment of om opnieuw kennis te maken.

Op de fiets liet mijn gedachten al een beetje gaan over welke bundel ik zou kopen: Joke van Leeuwen (Levenslust), Mustafa Stitou (Waar is het lam?), Anne Vegter (Big Data) of de nieuwe bundel van Philip Huff (Ik meld me af, ik meld me aan). Het leuke van een bezoek aan de boekenwinkel is dat je door de boeken kunt bladeren, en je kan laten verleiden een ander boek te kopen. Dus vandaag ging ik naar de boekwinkel om een poeziebundel te kopen. Maar om tot de aanschaf van een poziebundel te kunnen overgaan, moet je wel eerst het kastje met poezie kunnen vinden. Nu is mijn ervaring dat de poezie vaak wel in de buurt van de literatuur kunt vinden omdat er wel wat overlap zit in de liefhebbers van beide genres. In mijn boekhandel had ik waarschijnlijk sinds de verhuizing en corona geen poezie meer gekocht, want ik kon het kastje met poezie niet vinden. Na 3 keer de winkel rond gelopen te hebben vond ik het plankje met poezie naast de wegenkaarten. Handig voor als je de weg kwijt bent, maar daar hoef je bij dit schamele plankje niet bang voor te zijn. Er is vanmiddag een klein wondertje gebeurt, ik verliet de boekwinkel zonder boek! Poezie is consuminderen.

Daarna door naar de bibliotheek. Daar was, tot mijn vreugde naast het duurzaamheidsplein een mooie tafel ingericht met poezie(verzamel)bundels en met boeken over poezie. Uiteindelijk ben ik met “De wereld is weer plat, ja”. Van Guus Middag in mijn fietstas huiswaarts gefietst. In dit boek bespreekt Guus Middag 20 gedichten geschreven na het jaar 2000. Hier word ik blij van! Vraag is nog wel hoe ik nu aan poeziebundel van Miriam Van Hee en Hester Knibbe over vriendschap ga komen, die tergelegenheid van de poezieweek is uitgegeven.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *